HDD gebruiken: Een opdracht uitvoeren in HDD
U kunt een opgeslagen/tijdelijk in de HDD vastgehouden opdracht afdrukken zoals nodig met het tiptoetsscherm van de hoofdeenheid.
Het is mogelijk de afdrukinstelling of de vastgehouden opdracht per pagina te bewerken vóór het afdrukken.
De vastgehouden opdrachten worden in de HDD bewaard, ook wanneer de voeding van de machine wordt uitgeschakeld.
• Voorbeelden die in deze sectie worden voorgesteld
Gebruikt het tiptoetsscherm op de hoofdeenheid om een vastgehouden opdracht/HDD opgeslagen opdracht af te drukken.
• Verwante sectie
Een opdracht uitvoeren vanaf de hoofdeenheid
• Een opdracht uitvoeren vanaf de hoofdeenheid
U kunt het tiptoetsscherm van de hoofdeenheid gebruiken om een in de HDD vastgehouden opdracht uit te voeren.
Druk op het tiptoetsscherm van de hoofdeenheid op [OPDRACHTLIJST].
Druk op [Opdr. vasth.]
Selecteer de opdracht die moet worden uitgevoerd en druk op [Uitvoer].
Wanneer u opdrachttickets bewerkt op de hoofdeenheid, verschijnt een pictogram
.
Als dezelfde [Bestandsnaam] (opdrachtnaam) in de lijst staat, verschijnt een pictogram
.
De markering
wordt weergegeven voor een taak die niet kan worden uitgevoerd.
De opgegeven opdracht worden verzonden naar [Geres. opdr.] en uitgevoerd. (Raadpleeg Gereserveerde opdrachten controleren en gebruiken.)
Om meerdere opdrachten te selecteren, drukt u op [Mult-sel] en maakt u de selectie.
Om alle opdrachten te selecteren, drukt u op [Alles sel.].
Om de opdracht te verwijderen op het ogenblik van de uitvoer, drukt u op [Met Opdr.verw.] om een vinkje te plaatsen.
Wanneer het scherm voor het selecteren van het aantal sets wordt weergegeven, voert u het aantal sets in op het bedieningspaneel.
• Een op de HDD opgeslagen opdracht uitvoeren vanaf de hoofdeenheid
Om een opdracht op de HDD op te slaan, verplaatst u de opdracht van de Vastgehouden opdracht naar HDD opslaan. Zie voor meer informatie HDD gebruiken: Opdrachten beheren in mappen.
U kunt het tiptoetsscherm van de hoofdeenheid gebruiken om een in de HDD vastgehouden opdracht uit te voeren.
Druk op het tiptoetsscherm van de hoofdeenheid op [HDD OPROEPEN].
Druk op de bronmap.
De lijst met de mapinhoud wordt weergegeven.
Om op te roepen van de HDD-hoofdmap, selecteert u de opdracht op dit scherm en drukt u op [Oproepen].
Wanneer u een map die met een wachtwoord is ingesteld selecteert, verschijnt het scherm Wachtwoord invoeren. Voer het wachtwoord in en druk op [OK].
Selecteer de HDD opgeslagen opdracht die moet worden uitgevoerd en druk op [Oproepen].
Om meerdere opdrachten te selecteren, drukt u op [Mult-sel] en maakt u de selectie.
Om alle opdrachten te selecteren, drukt u op [Alles sel.].
Om een opdracht die door een wachtwoord is beschermd, te selecteren, drukt u op [Ontgrend.] onderaan links op het scherm en voert u het wachtwoord in. Alle opdrachten met het overeenkomende wachtwoord worden ontgrendeld en kunnen worden gebruikt.
Selecteer [Afdruk.] (of [Afdr. & vasth.]) in het scherm voor het selecteren van de uitvoermodus voor en druk op [OK].
[Afdrukken]: Voert de geselecteerde opdracht uit.
[Vasthouden]: roept de geselecteerde opdracht op als een vastgehouden opdracht.
[Afdr. & vasth.]: roept de geselecteerde opdracht op het ogenblik van de uitvoer op als een vastgehouden opdracht.
De opgegeven opdracht worden verzonden naar [Geres. opdr.] en uitgevoerd. (Raadpleeg Gereserveerde opdrachten controleren en gebruiken.)
U kunt ook de volgende functies gebruiken.
Wijzig de prioriteit van de opdrachtuitvoer op het tiptoetsscherm van de hoofdeenheid.
Controleer de geschiedenis van de opdrachtuitvoer op het tiptoetsscherm van de hoofdeenheid.