Wanneer het scherm Weerg. beveilig.waarsch. wordt weergegeven
Bij algemene gebruiker en de beheerder van de machine, andere werkwijze. Elk volgt de procedure hieronder om te bedienen.
Bediening van de algemene gebruiker
Druk op [Later instellen].
Het standaard scherm (het eerste scherm) wordt weergegeven, u kunt de machine normaal gebruiken.
Als het scherm [Beheerderswachtwoord] wordt weergegeven wanneer u op [Nu instellen] drukt, drukt u op [Annul.]. Het standaard scherm wordt weergegeven, u kunt de machine normaal gebruiken.
Indien het scherm [Snelle beveiligingsinst.] wordt weergegeven wanneer u drukt op [Nu instellen], contacteer dan de beheerder van uw machine. Het standaard scherm wordt weergegeven wanneer u op [Sluiten] drukt, u kunt de machine normaal gebruiken.
Het standaardscherm kan geselecteerd worden uit [Hulpprogramma] - [Gebruikersinstelling] - [Systeeminstelling] - [Standaard scherminstelling]. Zie voor meer informatie Instelling Std. scherm: het eerste scherm dat moet worden weergegeven, selecteren.
Bediening van de beheerder van de machine
Zo vroeg mogelijk moet de beheerder de beheerdersauthenticatiefunctie op AAN zetten door een gewenst beheerderswachtwoord in te stellen bij [Wachtwoord beheerder] op de [Snelle beveiligingsinst.].
Indien de beheerdersauthenticatiefunctie op UIT in ingesteld, kan de algemene gebruiker [Snel IP filteren]; [Instelling webhulpprogramma's], [PSWC-instelling], [Weerg. beveilig.waarsch.] van [Snelle beveiligingsinst. instellen door te drukken op [Nu instellen].
Indien de beheerder een gewenst beheerderswachtwoord instelt bij [Beheerderswachtwoord] op de [Snelle beveiligingsinst.], wordt de beheerdersauthenticatiefunctie automatisch ingesteld op AAN. Daarna kan het scherm [Snelle beveiligingsinst.] niet weergegeven worden zonder het wachtwoord in te voeren. Indien een algemene gebruiker drukt op [Nu instellen], wordt het invoeren van het beheerderswachtwoord gevraagd.
Druk op [Nu instellen].
Druk op [Beheerderswachtwoord] op het scherm [Snelle beveiligingsinst.].
U stelt een gewenst beheerderswachtwoord in.
Voor details over het instellen van het beheerderswachtwoord, zie Beheerderswachtwoord: het beheerderswachtwoord wijzigen en de beheerdersauthenticatiefunctie inschakelen.
Wanneer in stap 4 [Instelling paswoordreg.] op [Inschakelen] wordt ingesteld, wordt een beheerderswachtwoord gevraagd dat overeenstemt met de regels. Zie voor meer informatie Instelling wachtwoordregels: wachtwoordregels inschakelen.
Indien de instelling van een nieuw wachtwoord wordt voltooid, wordt de beheerdersauthenticatiefunctie automatisch op AAN gezet.
Een bijkomende instellen.
Klik op [Sluiten] om de instelling te voltooien.
Het standaard scherm wordt weergegeven, u kunt de machine normaal gebruiken.