Startpagina Instellingen en aanpassingenBewerkingsprocedures voor wekelijkse timer (beperkte gebruikstijd)

Bewerkingsprocedures voor wekelijkse timer (beperkte gebruikstijd)

Als functie om de gebruikstijd te beperken, is de machine uitgerust met een [Instelling weektimer] waardoor de machine IN of UITgeschakeld wordt volgens een schema opgesteld door een beheerder.

Wanneer de machine UIT staat door de instellingen weektimer, gaat het Spaarstand-LED branden en de werking van de machine is niet beschikbaar.

  • Wanneer de machine UIT staat door de instellingen van de wekelijkse timer, wordt de data van een verzonden opdracht niet aanvaard. Verzend de opdrachtdata opnieuw wanneer de machine in normale modus draait.

De machine tijdelijk gebruiken

De volgende procedure schakelt tijdelijk de werking van de machine in. (Timerinterruptie)

  1. Druk op Spaarstand op het bedieningspaneel.

    Het volgende bericht wordt weergegeven op het scherm [MACHINE].

    [Weektimer is tijdelijk geannuleerd / voer wachtwoord in]

    [Voer gewenste kopieertijd in / 0 u(u)r(en) 05 minu(u)t(en)]

    • De netspanning van de machine wordt automatisch na 5 minuten vanaf dit ogenblik uitgeschakeld zonder dat er een bewerking wordt uitgevoerd.

  2. Voer het wachtwoord voor de interruptie van de timer in en druk vervolgens op Start op het bedieningspaneel.

    Voer een wachtwoord in voor het onderbreken van de timer van 4 cijfers met de cijfertoetsen op het bedieningspaneel. Druk daarna op Start.

    [Weektimer is tijdelijk geannuleerd / voer wachtwoord in]

    • Het wachtwoord voor het onderbreken van de timer is ingesteld in het scherm [Beheerdersinstelling] van [HULPPROGRAMMA]. Vraag uw beheerder naar het wachtwoord.

    • Indien een ongeldig wachtwoord wordt ingevoerd, voer het geldige wachtwoord van 4 cijfers in.

  3. Stel de tijd in voor het onderbroken gebruik en druk vervolgens op Start op het bedieningspaneel.

    Voer een 1-cijferig uur (van 0 tot 9) in via de cijfertoetsen van het bedieningspaneel en druk vervolgens op Start.

    [Voer gewenste kopieertijd in / 3 u(u)r(en) 05 minu(u)t(en)]

  4. Stel de tijd in voor het onderbroken gebruik en druk vervolgens op Start op het bedieningspaneel.

    Voer een 2-cijferig aantal minuten (van 0 tot 59) in via de cijfertoetsen van het bedieningspaneel en druk vervolgens op Start.

    [Voer gewenste kopieertijd in / 3 u(u)r(en) 30 minu(u)t(en)]

    Het bericht [Gereed om te printen] wordt weergegeven op het scherm en de bediening van de machine is beschikbaar tot de ingestelde tijd verstrijkt.

    • Om de minuten van 0 tot 9 in te stellen, voer eerst [0] in. U kunt echter geen tijd opgeven die korter is dan 5 minuten. Wanneer u 0 invoert voor het uur en een getal dat kleiner is dan 5 instelt voor de minuten, worden de minuten op 5 ingesteld. Een getal dat groter is dan 60 is niet beschikbaar voor de minuten.

  5. Wanneer de machinebewerking is voltooid binnen de ingestelde periode, houdt u de knop Spaarstand op het bedieningspaneel gedurende meer dan één seconde ingedrukt.

    De machine wordt UIT gezet.