Dit onderdeel beschrijft hoe u de kleurbalk kunt instellen en de kleurinstellingsinformatie die wordt afgedrukt wanneer een opdracht wordt uitgevoerd.
Selecteer uit het menu [Bestand] [Kleurverificatie].
Het scherm [Kleurverificatie] verschijnt.
Om de afdrukitems van de informatie van de kleurinstellingen in te stellen, vink [De informatie kleurinstelling] aan en vink de items aan die u wil afdrukken.
Selecteer uit [Afdrukpositie] een radioknop voor het instellen van de afdrukpositie.
Selecteer uit [Aantal lijnen] het aantal regels (1 tot 5 regels).
Om de kleurbalk in te stellen, vink [Kleurenbalk] aan en selecteer de afdrukelementen.
De afbeelding die als kleurbalk is geregistreerd, wordt weergegeven.
Om een ander bestand te gebruiken, klik op [Wijzig het beeld] en geef daarna een eps-bestand op.
Om de afdrukpositie aan te geven, selecteer een optieknop in [Afdrukpositie].
Wanneer u de instellingen van de kleurinformatie en de kleurbalk registreert, klik op [Registreren].
[Kleurverificatie] wordt gesloten om terug te keren naar het scherm [Standaard kleurinst.].
Wanneer u de huidige instellingen wil verwijderen en de van in de fabriek geregistreerde instellingen wil gebruiken, klik op [Initialisiren].