Startpagina ToepassingScherm Standaard kleurinst.

Scherm [Standaard kleurinst.]

De functie voor de standaardinstelling van de kleur van Color Centro gebruikt het scherm [Standaard kleurinst.].

Klik om dit scherm weer te geven op [Standaard kleurinst.] op het scherm van [Color Centro]. Selecteer om dit scherm te sluiten [Sluiten] uit het menu [Bestand].

Er zijn twee types standaardinstellingen.
- [Inst. voor standaard kleurconfiguratie]
- [Std. handmatige inst.]

De samenstelling van het scherm [Standaard kleurinst.] verschilt per tabblad.

Wanneer het tabblad [RGB] geselecteerd is, wordt het scherm [Standaard kleurinst.] als volgt weergegeven;

Wanneer het tabblad [CMYK] geselecteerd is, wordt het scherm [Standaard kleurinst.] als volgt weergegeven;

Wanneer het tabblad [Printerprofiel] geselecteerd is, wordt het scherm [Standaard kleurinst.] weergegeven zoals hieronder getoond.

Wanneer het tabblad [Optionele instellingen] geselecteerd is, wordt het scherm [Standaard kleurinst.] als volgt weergegeven;

Structuur van het scherm

Naam

Beschrijving

[Kleurconfiguratie]

Vink de naam aan van de kleurconfiguratiestandaard van de image controller. Om de kleurconfiguratiestandaard op te geven, gebruikt u de functie Kleurconfiguratiemanagement. Zie voor meer informatie Beheer kleurconfiguratie.

Tabblad [RGB]

[Uit]

Selecteer dit wanneer de image controller de kleurconversie niet uitvoert voor de RGB-data of het geïntegreerde RGB-profiel als standaard gebruikt.

[RGB-CMYK-apparaatverbinding.]

Selecteer dit wanneer u het RGB-CMYK-apparaatverbindingsprofiel als standaard gebruikt. Stel het RGB-CMYK-apparaatverbindingslinkprofiel in voor respectievelijk afbeeldingen, grafieken en tekst.

[RGB bronprofiel.]

Selecteer dit wanneer u het RGB-bronprofiel als standaardinstelling gebruikt.

Stelt u in staat om het beoogde RGB-bronprofiel in te stellen.

Selecteer dit bij het opgeven van een monitorprofiel naast de standaard kleurruimte (sRGB, enz.).

Als u dit item selecteert, worden de volgende 2 elementen beschikbaar.
- [Rendering] die wordt weergegeven onder dit item
- [RGB simulatie] op het tabblad [Optionele instellingen]

De instelling van dit item wordt niet toegepast als u [Gebruik geïntegreerd RGB-profiel] gebruikt op het tabblad [Optionele instellingen].

[Rendering]

Selecteer de standaardinstelling voor rendering voor respectievelijk Afbeelding, Grafiek en Tekst.

Om dit item te selecteren, selecteer dan [RGB bronprofiel.] boven dit item.

Tabblad [CMYK]

[Uit]

Selecteer dit om het geïntegreerde CMYK-doelprofiel als standaard te gebruiken.

[CMYK-CMYK-apparaatverbinding.]

Selecteer dit wanneer u het CMYK-CMYK-apparaatverbindingsprofiel als standaard gebruikt.

Stel het CMYK-CMYK-apparaatverbindingslinkprofiel in voor respectievelijk afbeeldingen, grafieken en tekst.

[CMYK doelprofiel]

Selecteer dit om het CMYK-doelprofiel als standaard te gebruiken.

Stelt u in staat om het beoogde CMYK-doelprofiel in te stellen.

Deze instelling wordt gebruikt bij het afdrukken volgens de afdrukstandaard (ISO Coated, enz.) of andere printapparaten.

Als u dit element selecteert, kunt u [Papiersimulatie] instellen, wat weergegeven wordt onder dit item.

De instelling van dit item wordt niet toegepast als u [Gebruik geïntegreerd RGB-profiel] gebruikt op het tabblad [Optionele instellingen].

[Papiersimulatie]

Vink aan wanneer u de papiersimulatie als standaard uitvoert.

Als u ervoor kiest geen Papiersimulatie te gebruiken (Rendering: Relatief), verwijder dan het vinkje uit het vakje.

Als u ervoor kiest Papiersimulatie te gebruiken (Rendering: Absoluut), vink dan dit vakje aan.

Om dit item te selecteren, selecteer dan [RGB bronprofiel.] boven dit item.

Tabblad [Printerprofiel]

[Printerprofiel]

Geeft het standaard printerprofiel op.

[Koppeling papiertype]

Stelt u in staat om in te stellen of de functie papiertypeverbinding al dan niet als standaard instelling moet worden ingeschakeld. Er wordt automatisch een geschikt profiel geselecteerd volgens het papier.

Tabblad [Optionele instellingen]

[Tooncurve]

Geeft de standaard gradatiecurve op.

Wanneer de individuele instelling van de gradatiecurve ingeschakeld is, stel dan respectievelijk [Beeld] en [Afb./Tekst] in.

[Behoud 100% densiteit voor tekst/afbeelding]

Selecteer standaard van K100% uitvoer.

  • Of de objecten met maximum densiteit uitgevoerd moeten worden

Doel: Enkel voorwerpen waarvan de invoerwaarden gelijk zijn aan K100% (tekst, grafiek)
K100%: RGB=(0,0,0) or CMYK=(0,0,0,100)

  • Deze functie drukt zwart (niet grijs) af in alleen K (100%).

  • Deze functie drukt objecten af in zuiver zwart (K), niet in rijk zwart (CMYK).

  • Zelfs als u een gradatiecurve toepast waarvan de maximale uitgevoerde waarde lager is dan 100% behoudt deze functie K100%.

  • Deze functie is niet beschikbaar op deze machine.

[Zuiver zwart]

Geeft aan of zuiver zwart al dan niet gebruikt moet worden. Geeft de instelling voor zuiver zwart aan.

Zuiver zwart is een functie voor het gebruik van K100% afdrukken in enkele kleur wanneer de input gelijk is aan RGB=(0,0,0).

[Zwart overdruk]

Vink aan wanneer u de zwarte overdruk als standaard uitvoert.

Zwarte overdruk is een functie die K100% objecten afdrukt over de onderliggende kleur. Indien u ervoor kiest deze functie niet te gebruiken, wordt de onderliggende kleur verwijderd bij het afdrukken (knockout-verwerking).

[Grijsvervanging]

Stelt u in staat om in te stellen of u al dan niet grijsvervanging als standaard wil gebruiken en zo ja ook het doel van de grijsvervanging. Instellen voor respectievelijk [RGB] en [CMYK].

Grijsvervanging is een functie die gebruikt wordt voor de kleurreproductie in K enkele kleur wanneer R, G en B dezelfde waarden hebben.

[Composietoverdruk]

Stelt u in staat of u al dan niet composietoverdruk wil gebruiken als standaard instelling evenals de prioritaire doelen bij gebruik van deze functie. Composietoverdruk is een functie betreffende de overdruk voor opdrachten waarvoor het gebruik van overdruk door de toepassing wordt ingesteld.

als u deze gebruikt, reproduceert deze de transparantie (de overlapping van kleuren) die een toepassing weergeeft.
Als u deze niet gebruikt, verwijdert dit de onderkleuren van objecten (knockout-verwerking) en voert dan uit.

[Gebruik puntkleur]

Vink aan wanneer u de puntkleur als standaard gebruikt.

[Gebruik alternatieve kleurconversie]

Vink aan wanneer u de alternatieve kleurconversie als standaard uitvoert.

[Gebruik geïntegreerd RGB-profiel]

Stelt u in staat om al dan niet het geïntegreerde RGB-profiel als standaard te gebruiken.

Deze voert de kleurconversie uit aan de hand van een profiel dat geïntegreerd is in een object in afdrukdata.
Om af te drukken met behulp van een profiel dat u toewijst op een toepassing (bijvoorbeeld: Adobe Photoshop), selecteert u deze optie.

[Gebruik geïntegreerd CMYK-profiel]

Stelt u in staat om al dan niet het geïntegreerde CMYK-profiel als standaard te gebruiken.

Deze voert de kleurconversie uit aan de hand van een profiel dat geïntegreerd is in een object in afdrukdata.
Om af te drukken met behulp van een profiel dat u toewijst op een toepassing (bijvoorbeeld: Adobe Photoshop), selecteert u deze optie.

[RGB simulatie]

Geef aan of de RGB-simulatie standaard moet worden uitgevoerd.

Als u deze selecteert, simuleert deze in CMYK bij het converteren van RGB-data naar CMYK-data.

Om dit item te selecteren, selecteer dan [RGB bronprofiel.] op het tabblad [RGB].

[PDF/X-uitvoerint.]

Geef aan of de uitvoerintentie PDF/X als standaard moet worden gebruikt.

Uitvoerintentie: U kunt een profiel integreren van een printer dat uiteindelijk een doel wordt in PDF.
Het doel van de kleurconversie verschilt op basis van de selectie van [PDF/X-uitvoerint.] of niet.

  • Niet selecteren: Een profiel van CMYK (Het profiel dat u selecteerde in Instellingen van kleurconfiguratiestandaard of standaard handmatige instellingen)

  • Selecteer: Uitvoerintentie

Zelfs als u deze selecteert, voert deze de kleurconversie uit volgens de instellingen voor kleurconversie van CMYK wanneer PDF de intentie tot uitvoer niet bevat.

[Gebruik CIE-kleuren]

Selecteer standaard kleurruimte die gebruikt moet worden bij kleurconversie.

  • Of de kleurruimte gebruikt moet worden die het CIE-kleursysteem configureert

Als u dit item selecteert, worden de kleuren lichter.
Omwille van de veranderingen in de gradatie kunt u geblokkeerde schaduwen verminderen.
Om de zichtbaarheid te verbeteren, verandert u de gradatiecurve in deze die de kleuren dikker kan uitvoeren.
CIE: CIE = Commission Internationale de l'Eclairage (International Commission on Illumination)
Deze functie is niet beschikbaar op dit apparaat.

[Registreren]

Registreert het resultaat van de aanpassing in de image controller.

[Help]

Toont de Help voor dit scherm.

Menuscherm

De menu-items van het scherm [Standaard kleurinst.] zijn de volgende;

Menu

Menu-items

Beschrijving

[Bestand]

[Terug naar fabrieksstandaard]

Reset de kleurstandaardinstelling naar de fabrieksinstelling.

[Vernieuwen]

Laadt opnieuw de informatie van de momenteel verbonden image controller.

[Kleurverificatie]

Stelt u in staat de kleurbalk en de informatie over de instelling van de kleur in te stellen die afgedrukt wordt op de uitgevoerde opdracht.

[Sluiten]

Sluit dit scherm en verlaat deze functie.

[Help]

[Help]

Toont de Help voor dit scherm.

[Versie-informatie]

Geeft de versie van Color Centro weer.