Op het scherm Meetmethode selecteren / Papierinstelling kunt u de meetmethode selecteren en de bijbehorende papierinstelling instellen.
Selecteer uit [Meting instellingen], [Nieuw meting] of [Gebruik bestaande meetbestand].
Wanneer u [Nieuw meting] selecteert, ga naar stap 5.
Wanneer u [Gebruik bestaande meetbestand] selecteert, ga naar stap 2.
Klik op [Bladeren ...].
Het scherm [Openen] verschijnt.
Selecteer het bestand met de meetgegevens (.mcd of .tmd) en klik op [Openen].
De naam van het bestand met de meetgegevens verschijnt in [Bestaande meetbestand].
Klik op [Profielgeg.lade/papier ophalen].
Het scherm [Papierinformatie ophalen] wordt weergegeven.
Selecteer op het scherm [Papierinformatie ophalen] [Lade informatie ophalen] of [Pap.profiel ophalen] en selecteer de ladegegevens of het papierprofiel dat u gebruikt en klik daarna op [OK].
De informatie is ingesteld.
Klik op [Volgende].
Wanneer u [Nieuw meting] selecteert uit [Meting instellingen], verschijnt het scherm Meetgrafiek. Ga dan naar Printer P: Een grafiek meten.
Wanneer u [Gebruik bestaande meetbestand] selecteert uit [Meting instellingen], verschijnt het scherm Instelling UCR/GCR. Ga dan naar Printer P: Een niveau voor UCR en GCR selecteren.