U kunt de informatie van het bewaarde RGB-bronprofiel veranderen.
Klik op [RGB bronprofiel] op het scherm [Profielbeheer].
Een gelijkaardige bediening is mogelijk door op het menu [Bestand] [Profieltype] en [RGB bronprofiel] te selecteren.
Selecteer uit de boomstructuur en de lijst het RGB-bronprofiel waarvan u de informatie wil veranderen.
Voor meer details over het verbinden met een andere controller, zie Schakel de image controller over op Verbinden.
Wanneer u de informatie van de momenteel verbonden image controller opnieuw laadt, selecteer dan menu [Bestand] - [Oprieuw laden].
Klik op [Wijzig tabelinformatie].
Het scherm [Wijzig tabelinformatie] wordt weergegeven.
Wanneer u meerdere RGB-bronprofielen selecteert, is [Wijzig tabelinformatie] niet beschikbaar.
Een gelijkaardige bediening kan worden uitgevoerd door het menu [Bestand] - [Wijzig tabelinformatie] te selecteren.
Indien de profielnaam met een sterretje gemarkeerd is, kunt u de informatie van het profiel niet veranderen.
Voer zo nodig [Opgeslagen naam] en [Memo] in.
U kunt tot 31 tekens van één byte invoeren in [Opgeslagen naam]. U kunt tot 64 tekens van één byte invoeren (32 tekens van twee bits) bij [Memo].
U kunt echter de informatie van het RGB-bronprofiel veranderen dat van in de fabriek werd geregistreerd.
Klik op [OK].
De informatie van het RGB-bronprofiel is veranderd.