Dit onderdeel beschrijft hoe u de alternatieve kleur kunt beheren.
U kunt de alternatieve kleurinstellingen getoond op het scherm [Alternatief kleurbeheer] kopiëren binnen dezelfde alternatieve kleurtabel. Wanneer u de alternatieve kleur aanpast met de bestaande alternatieve kleurinstelling, wordt de oorspronkelijke instelling van de alternatieve kleur overschreven. Wanneer u de huidige instellingen wenst te bewaren, moet u er een kopie van maken.
Selecteer de alternatieve kleurinstelling om te kopiëren uit de lijst op het scherm [Alternatief kleurbeheer].
Wanneer u de informatie van de momenteel verbonden image controller opnieuw laadt, selecteer dan menu [Bestand] - [Vernieuwen]. Het verversen verwijdert de aangepaste alternatieve kleurinstellingen wanneer het resultaat van de aanpassing nog niet in de image controller werd geregistreerd. Registreer de instellingen vooraleer u herlaadt, naarmate nodig. Zie voor meer informatie over het registreren ervan Een alternatieve kleur registreren.
Klik op [Kopie].
De kopie van de alternatieve kleurinstelling wordt gegenereerd in de alternatieve kleurtabel.
U kunt de alternatieve kleurinstelling wissen.
Selecteer de alternatieve kleurinstelling om te wissen uit de lijst op het scherm [Alternatief kleurbeheer].
Wanneer u de informatie van de momenteel verbonden image controller opnieuw laadt, selecteer dan menu [Bestand] - [Vernieuwen]. Het verversen verwijdert de aangepaste alternatieve kleurinstellingen wanneer het resultaat van de aanpassing nog niet in de image controller werd geregistreerd. Registreer de instellingen vooraleer u herlaadt, naarmate nodig. Zie voor meer informatie over het registreren ervan Een alternatieve kleur registreren.
Klik op [Wissen].
Het bericht [Verwijd.contr.] wordt weergegeven.
Klik op [Ja].
De geselecteerde alternatieve kleurinstelling wordt gewist.
Wanneer u meerdere alternatieve kleurinstellingen selecteert, worden deze tegelijkertijd allemaal gewist.
U kunt de gewiste alternatieve kleurinstelling niet herstellen.
U kunt een gradatiecurve exporteren van de image controller naar [Lok.], [Mijn documenten] of [Netwerk] als profiel (extensie: .xml).
Selecteer uit het menu [Bestand] op het scherm [Alternatief kleurbeheer] [Exporteren].
Het scherm [Exporteren] wordt weergegeven.
Geef een bestemming en een bestandsnaam op en klik daarna op [Opslaan].
De puntkleurtabel wordt geëxporteerd naar de bestemming.
Het scherm [Opslaan] wordt gesloten en het scherm keert terug naar het scherm [Alternatief kleurbeheer].
U kunt in de controller de alternatieve kleurtabellen registreren die bewaard zijn in [Lok.], [Mijn documenten] of [Netwerk]. Alternatieve kleuren kunnen worden toegepast op de uitvoer volgens de prioriteit van de alternatieve kleurtabel.
Selecteer uit het menu [Bestand] op het scherm [Alternatief kleurbeheer] [Importeren].
Het scherm [Importeren] wordt weergegeven.
Selecteer uit de boomstructuur van de [Controller] de locatie waar de alternatieve kleurtabel bewaard is.
Naargelang de selectie verschijnt de lijst.
Selecteer een alternatieve kleurtabel uit de lijst.
Klik op [Openen].
De alternatieve kleurtabel is geregistreerd in de image controller.
Het scherm [Importeren] wordt gesloten en het scherm keert terug naar het scherm [Alternatief kleurbeheer].